‘Honger mogen we niet tolereren’

BARNEVELD – Is een voedselbank een bittere noodzaak of een tijdelijke hulpvoorziening? Hierover werd flink gediscussieerd tijdens het Schaffelaarpodium, dat woensdagavond gehouden werd in de bibliotheek van Barneveld.

Door Wouter van Dijk

De gemeente Barneveld kent een beleid armoedebestrijding waarbij mensen in financiële nood kunnen aankloppen voor bijzondere bijstand. Toch zijn er volgens stichting ‘Duwtje in de rug’ honderden mensen in de gemeente die afhankelijk zijn van voedselpakketten, die uit liefdadigheid geschonken worden.

Tijdens het Schaffelaarpodium, geleid door Luuk Esser en oud-burgemeester Wim Burgering, stond ter discussie of zo’n voedselbank bittere noodzaak is, maar ook of de gemeente faalt in armoedebestrijding.

,,Naar mijn idee houdt een voedselbank zichzelf in stand”, betoogde Adriaan Guldie, fractievoorzitter van de VVD. ,,Mensen kunnen bij de gemeente aankloppen voor hulp. Hier is voldoende geld beschikbaar voor. Een voedselbank zorgt er juist voor dat deze mensen niet meer die prikkel krijgen om zelf oplossingen te zoeken voor hun problemen en hun levenssituatie te verbeteren. Afschaffen dus.” Jan Vreeke, lid van het Diaconaal Netwerk voegde daaraan toe dat armoedebestrijding een professionele aanpak vergt. ,,Bij de gemeente is die professionaliteit aanwezig, laat de aanpak van armoede dan niet over aan een groep amateurs.”

Groeiproblemen

René Slotboom, coördinator van Voedselfocus in Amersfoort: ,,Maar zolang er mensen zijn die honger lijden, moet je daar iets tegen doen. Of dat nu professionele hulp is of niet. Kinderen die niet genoeg te eten krijgen, zullen vroeg of laat groeiproblemen krijgen. Dat kunnen en mogen we niet tolereren in Nederland.”

Volgens Slotboom zijn voedselbanken een gevolg van de groeiende kloof tussen arm en rijk in ons land. Hij benadrukte echter dat een voedselbank geen structurele hulpvoorziener mag worden. ,,In Amersfoort geven we mensen aanvankelijk slechts acht weken voedselpakketten. Binnen die acht weken moet de gemeente, met wie we nauw samenwerken, duidelijk hebben hoe het gezin structureel geholpen kan worden, binnen een traject van schuldhulpsanering. Ik help de mensen tijdelijk, het liefst hef ik de voedselbank morgen nog op als deze hulp niet meer nodig is.”

Naastenliefde

Thomas Kool, voorzitter van de diaconie van de hervormde gemeente Voorthuizen, probeerde in de discussie de kerken in de gemeente te vertegenwoordigen. ,,Vanuit christelijke overwegingen moet je in de maatschappij naar elkaar omkijken. Naastenliefde, heet dat. Als er mensen zijn die hulp nodig hebben, moeten ze geholpen worden. Ik vind het dan ook heel bewonderenswaardig dat er vrijwilligers zijn die de nood van anderen zien en er iets aan doen.”

Blijft over de vraag waarom de cliënten van de voedselbank in Barneveld niet voor hun hulp bij de gemeente aankloppen. ,,Misschien moeten de ambtenaren achter het loket vandaan en actief op zoek naar de armen”, gaf de heer Bravenboer aan. ,,Of probeer via de gemeentelijke website of met foldermateriaal deze mensen te bereiken, zodat ze weten hoe ze in aanmerking kunnen komen voor bijzondere bijstand”, zei Vreeke. ,,Belangrijk is wel dat ambtenaren moeten durven om over de regeltjes heen te kijken om iedere hulpvraag op zichzelf te zien. Mensen verdienen persoonlijke hulp.”

Schuldtraject

Enkele cliënten van stichting Duwtje in de rug mengden zich in de discussie. ,,Ik heb wel degelijk aangeklopt bij de gemeente en zit nu in een schuldtraject van drie jaar”, vertelde Hennie van den Berg. ,,Ik moet rondkomen van 150 euro per maand. Een gratis voedselpakket per week is dan voor mij een enorme hulp.”

Ook Lia van Bruggen gaf aan gebruik te maken van de gratis pakketten. ,,We zijn thuis met z’n tweeën en mogen per week zeventig euro uitgeven binnen ons budgetbeheer. Dat is niet veel. Gaat mijn wasmachine een keer stuk, dan heb ik direct een groot probleem.”

Over één ding waren de meeste aanwezigen het uiteindelijk eens. Een voedselbank zou eigenlijk niet moeten bestaan.

Gepubliceerd in de Barneveldse Krant van donderdag 22 februari 2007.